25 september 2020

Waarom kabinet Rutte-III moet bouwen aan vertrouwen

 

 

Bouwen aan vertrouwen, het is misschien vandaag de dag wel een van de moeilijkste opgaven waarvoor de regering staat. De Nederlandse overheid heeft in het afgelopen half jaar verschillende maatregelen getroffen die menigeen tegen de borst stuiten. Denk bijvoorbeeld aan de toezegging van het kabinet om het Europese coronaherstelfonds te steunen. Laat staan de nalatigheid die er was tijdens de hoofdelijke stemming om eenmalig een zorgbonus toe te kennen aan alle zorgmedewerkers. Helaas zien we bij menig burger hierdoor een opkomend gevoel van wantrouwen richting de overheid. Dit werd nog eens pijnlijk duidelijk toen veel BN’ers en influencers via social media een trend begonnen onder de hashtag #ikdoenietmeermee, om het coronabeleid van de overheid te bekritiseren. Dit laat het belang van vertrouwen zien. Maar hoe krijg of heb je vertrouwen? Hoe voorkom je dat je het verliest? Laten we kijken naar de driehoeksverhouding vertrouwen, verantwoordelijkheid en vrijheid – gesuggereerd door Jan Schippers in het boek ‘Bouwen aan vertrouwen’.

Driehoeksverhouding

Vertrouwen, verantwoordelijkheid en vrijheid staan tot elkaar in een driehoeksverhouding. Elk van deze begrippen wordt gedragen en genormeerd door de centrale Bijbelse waarde van gerechtigheid. Wanneer vertrouwen, verantwoordelijkheid en vrijheid in een samenleving in een juiste verhouding tot elkaar staan, dat wil zeggen: in evenwicht zijn met elkaar, is er sprake van een positieve spiraal. Hoe groter het vertrouwen, des te groter de verantwoordelijkheid die burgers nemen en de vrijheid die mensen ervaren.


Hoe groter het vertrouwen, des te groter de verantwoordelijkheid die burgers nemen en de vrijheid die mensen ervaren.


Omgekeerd geldt dat bij een scheve verhouding een negatieve spiraal dreigt: hoe geringer het vertrouwen, des te kleiner de ervaren verantwoordelijkheid en vrijheid. Een goede balans tussen deze drie is daarom van essentieel belang. Zijn verantwoordelijkheid en vrijheid niet in evenwicht, dan is afnemend of gebrekkig vertrouwen het gevolg.

 

 

Coronabeleid wanbeleid?

Om het voorgaande te verhelderen zal ik een voorbeeld gebruiken. De Nederlandse overheid heeft sinds de opkomst van het coronavirus diverse maatregelen getroffen om het virus in te dammen. Denk bijvoorbeeld aan de welbekende 1.5 meter afstand houden, thuis blijven bij koorts en verkoudheidsklachten en niet meer dan 100 mensen in een ruimte. Om deze regels tot het beoogde effect – volgens Rutte-III de verspreiding indammen– te bereiken, moet er vertrouwen zijn van burgers naar overheid, dat deze regels ook echt bijdragen aan het beoogde doel. Andersom moet de overheid erop aan kunnen dat burgers deze nieuwe regels zelf willen naleven. De overheid heeft dus aanspraak gemaakt op de verantwoordelijkheid van de burgers om de regels na te leven.


Doordat er regels vanuit de overheid behoorlijk werden aangescherpt, ontstond de illusie dat de verantwoordelijkheid voor het tegengaan van het virus compleet in handen lag van de regering. 


Doordat er regels vanuit de overheid flink werden aangescherpt, ontstond de illusie dat de verantwoordelijkheid voor het tegengaan van het virus compleet in handen lag van de regering. Het besef van eigen verantwoordelijkheid werd steeds minder en het naleven van de regels evenmin.  Doordat de regels niet strak werden nageleefd, heeft de regering besloten de regels aan te scherpen. Dit is ten koste gegaan van de vrijheid van de burgers. Als het wederkerig vertrouwen tussen burger en overheid wel goed had gefunctioneerd, dan was het vermoedelijk niet nodig geweest om de regels aan te scherpen en daarmee de vrijheid van burgers verder in te perken (hierbij laten we even buiten beschouwing of de regels van de overheid al dan niet effectief waren).

Een bouwende regering?

Wat het voorbeeld hierboven laat zien is dat vertrouwen berust op wederkerigheid. Vertrouwen hebben of krijgen staat of valt met betrouwbaar zijn. Andersom geldt hetzelfde. Als je betrouwbaar bent, zal je ook vertrouwen hebben, behouden of krijgen. Kort gezegd moet je op de ander aan kunnen, wil je met hem in zee gaan. Dat vereist verantwoordelijkheid en vrijheid, de belangrijkste voorwaarden voor vertrouwen. Bouw dus aan vertrouwen. Het zou mooi zijn als de regering daar meer oog voor zou hebben. En ernaar handelt. Want vertrouwen komt te voet en gaat te paard.

Het boek 'Bouwen aan vertrouwen' is verkrijgbaar via onze webshop.