
9 april 2025
Van Bonhoeffer valt veel te leren
Vandaag 9 april 2025 is het tachtig jaar geleden dat de Duitse predikant Dietrich Bonhoeffer door de Nazi’s – op persoonlijk bevel van Hitler - na een schijnproces ter dood werd gebracht. Dat gebeurde ’s morgens in alle vroegte, tussen 5 en 6 uur. De kamparts die getuige was van de terechtstelling, schreef tien jaar later over Bonhoeffer: "... Zijn manier van bidden, zo vol overgave en zeker van de verhoring, van deze zo bijzonder sympathieke man heeft mij zeer diep aangegrepen. Ook op de plaats van de terechtstelling zelf verrichtte hij nog een kort gebed en besteeg toen moedig en kalm de trap naar de galg. De dood volgde na een paar seconden. Ik heb in mijn vijftig jaar als arts zelden een man zo vol overgave aan God zien sterven."
"Alleen de gehoorzame gelooft; alleen de gelovige gehoorzaamt."
Over het gedachtegoed van Bonhoeffer doen veel opvattingen de ronde. Zo is zijn visie vaak vervormd tot een sterk horizontalistische benadering, los van zijn verworteling in de theologie van de reformator Luther. En vandaag de dag spannen sommigen hem voor hun nationalistische politieke karretje. In zijn boek ‘Navolging’ schrijft Bonhoeffer: "Alleen de gehoorzame gelooft; alleen de gelovige gehoorzaamt." De bekering van de zondaar voltrekt zich in de concrete levensvernieuwing: “Laat het voor ons allen duidelijk zijn dat de oproep aan ons van Jezus 'Volg Mij na!' volstrekt niet in overeenstemming is met onze wensen. Uiteindelijk is het immers niet uitgesloten dat Jezus' oproep ons niet naar het vaderland leidt dat voorwerp is van ons verlangen, maar naar buiten in den vreemde, buiten de poort." (vgl. Hebreeën 13:12).
In plaats van Bonhoeffer te laten buikspreken, lijkt het mij vruchtbaarder om zijn geschriften grondig te lezen en proberen daaruit conclusies te trekken voor het eigen handelen vandaag, in plaats van aan anderen te gaan voorschrijven wat zij anders zouden moeten gaan zeggen of doen. Voor de SGP acht ik drie elementen uit Bonhoeffers opvattingen van bijzonder belang. In de eerste plaats zijn visie op de verhouding tussen kerk en staat; ten tweede zijn gedachten over de gehoorzaamheid van de burger aan de overheid en in de derde plaats zijn visie op de verhouding tussen religie en (christelijk) geloof.
"De overheid heeft de kerk nodig."
In het kort daarover de volgende opmerkingen.
De overheid kan niet op de juiste wijze recht en orde verschaffen zonder kennis te hebben van het ware en goede. De overheid heeft de kerk nodig. Anderzijds kan de kerk het politieke leven niet volledig negeren. De kerk heeft een wachtersfunctie voor het publieke leven en moet de zonde openlijk en publiekelijk zonde noemen. Zij dient de overheid kritisch te bevragen op de legitimiteit van haar handelen. In zijn opvattingen hierover blijkt duidelijk enige congenialiteit tussen Bonhoeffer en Calvijn.
De overheid heeft een indirecte taak ten opzichte van de kerk, namelijk het mogelijk maken van de verkondiging van Gods Woord en het weren van godslastering en geweld tegen de kerk.. Op dit punt denkt Bonhoeffer langs dezelfde hoofdlijn als eerder Guido de Brés deed, de opsteller van de Nederlandse Geloofsbelijdenis.
De verhouding tussen kerk en staat is niet voor alle omstandigheden in een formule vast te leggen. Dit geeft ook voor de SGP de nodige bewegingsvrijheid, die er niet zou zijn wanneer deze verhouding voor eens en voor altijd op formule gebracht moet worden.
"Volstrekte genade impliceert dat christenen geen betere burgers zijn dan ongelovige medeburgers."
Een christen is een vrij burger met een eigen verantwoordelijkheid om het goede te doen ten overstaan van de overheid: geen blinde gehoorzaamheid, geen grenzenloze vrijheid. Zowel de overheid als de kerk moeten deze verantwoordelijkheid erkennen en stimuleren. De SGP dient zowel de overheid als de kerken hierop kritisch aan te spreken.
Van Bonhoeffer leren we dat godsdienstigheid of religie helder moet worden onderscheiden van geloof. Volstrekte genade impliceert dat christenen geen betere burgers zijn dan ongelovige medeburgers. SGP'ers dienen in hun bijdragen aan politieke debatten deze grondtoon te laten doorklinken.
Verder behoren we het Nieuwe Testament veel meer te lezen vanuit het Oude Testament. Daaruit volgt dat prediking die zich eenzijdig richt op het hiernamaals (meestal beperkt tot de vraag over het individuele zielenheil) niet beantwoordt aan het reformatorische principe van geheel de Schrift. Privatisering van het geloof is onbijbels, want dan zouden reformatorische personen en instellingen zelf de secularisatie bevorderen.
In het debat met vertegenwoordigers van 'de islam' en 'de verlichting' kan de SGP aan de hand van Bonhoeffers onderscheid tussen religie en geloof het verschil maken. Tegenover de islam moet benadrukt worden dat het geloof onverenigbaar is met enig politiek machtsstreven, omdat het zich nu eenmaal niet kan richten op de verovering van gebieden dan wel aan mensen de vrijheid en hun verantwoordelijkheid voor hun persoonlijke handelen ontneemt. Tegenover de denkwijs van de verlichting stelt de SGP dat wie de autonomie van de mens verabsoluteert en de leefregels van God negeert, uiteindelijk het leven en de humaniteit teniet doet.
Auteur:
drs. Jan Schippers