11 maart 2024

Boekrecensie: Cicero

Actuele politieke wijsheid uit een ver verleden
Cicero’s Wet en rechtvaardigheid

Wet en rechtvaardigheid is de Nederlandse vertaling van Cicero’s De legibus. In het eerste boek voert Cicero een pleidooi voor het natuurrecht. Boek 2 en 3 behandelen concrete voorstellen voor de inrichting van de Romeinse staat. Het werk is in dialoogvorm geschreven. Dit geeft aan het geheel een gemoedelijke achtergrond. Toch worden er wel degelijk zaken van groot belang besproken: Wat zou de ideale inrichting van de Romeinse staat zijn? Ook in Cicero’s tijd was de politiek niet vrij van hevige conflicten, die soms zelfs uitliepen in politieke processen en moorden. Tegen die achtergrond zoekt Cicero in de filosofie en de overgeleverde kennis van belangrijke wetgevers en bestuurders uit het verleden naar een ‘grondwet’ voor de Romeinse staat en geeft hij adviezen aan politici.

Calvijn en Cicero

De gedeeltes die betrekking hebben op de Romeinse religie doen vanuit christelijk oogpunt wat bevreemdend aan. Dit neemt echter niet weg dat er in het boek veel noties naar voren komen die ook in de christelijke politieke traditie benadrukt worden. Ter illustratie: In het ‘politieke’ hoofdstuk 20 van boek 4 van de Institutie verwijst Calvijn enkele malen met instemming naar De legibus. Daarvan is bijvoorbeeld sprake bij Cicero’s nadruk op het feit dat de overheidsdienaren zich zozeer moeten laten leiden door de universele wetten van de rechtvaardigheid dat ze als het ware zelf een verpersoonlijking van deze wetten zijn. Er mag geen verschil zitten tussen de wet en het gedrag van de magistraten zelf. Daarom: ‘Een magistraat kun je gerust een sprekende wet noemen, en de wet een zwijgende magistraat’ (108).

 

‘Meestal wijzen lange redevoeringen op ijdelheid.’


Een voorbeeldig politicus

Een belangrijk onderdeel van Cicero’s betoog is dat de elite die het land bestuurt het goede voorbeeld moet geven. Met zelfbeheersing kan een elite de hele staat louteren en corrigeren. Andersom kan een elite met haar ondeugden ook de hele staat bederven.

Verder moeten politici zich niet laten leiden door een streven naar eer en waardering onder het volk. Ze moeten juist kritisch nagaan of bepaalde voorgestelde wetten wel werkelijk in het belang van het volk zijn. Daarom: ‘Wie een slecht voorstel tegenhoudt, is een volksheld’ (115). Dit in contrast tot de oneigenlijke volksheld die in de politiek vooral het volk naar de mond praat.

Daarnaast moeten bestuurders zich niet makkelijk door goede redenaars laten meeslepen. Senatoren moeten juist zelfstandig zijn. Ook bondigheid is belangrijk: ‘Meestal wijzen lange redevoeringen op ijdelheid’ (133).

Geleerden en staatsmannen

Ook met betrekking tot het thema van de verhouding tussen geloof, wetenschap en politiek biedt Cicero een interessante observatie. Hij stelt namelijk dat weinig mensen zowel geleerd als een goed staatsman zijn: ‘Ja, het is niet moeilijk om middelmatige denkers in herinnering te brengen die desondanks grote staatslieden waren. En het schort ook niet aan grote geleerden die geen flauw benul hadden van de politieke praktijk. Maar wie heeft op beide terreinen zo uit kunnen blinken dat hij prominent was in zowel theorie als praktijk?’(118).

Wat betreft de stijl van vertalen heeft de vertaler gekozen voor een stijl die recht wil doen aan de gesprekscontext waarin Cicero zijn ideeën naar voren brengt. Ook is gekozen voor Nederlandse woorden die niet letterlijk een vertaling zijn van het Latijnse origineel, maar die de betekenis wel inzichtelijker maken voor het Nederlandse taalgebied. Een voorbeeld daarvan is het gebruik van ‘kleyne luyden’ wanneer Cicero de invoering van de politieke functie van volkstribuun bespreekt. Deze volkstribuun gaf het gewone volk dat niet tot de elite behoorde meer inspraak. De invoering van deze functie was onderdeel van een al langer gaande emancipatiebeweging. In Nederland is de term ‘kleyne luyden’ vooral geassocieerd met Abraham Kuyper en zijn Anti-Revolutionaire Partij, die net als de Romeinse volkstribuun, zorgde voor de emancipatie van dit eenvoudigere volksdeel. Daarnaast komen uitdrukkingen voorbij als ‘Spielerei’, ‘gotspe’ en ‘de spijker op de kop’. Deze vertaalkeuzes bevorderen het begrip en het leesplezier van de gemiddelde lezer, al zal de taalpurist zich er wellicht aan storen.

Wet en rechtvaardigheid biedt zo ook voor politici vandaag de dag genoeg bezinningsmateriaal. Cicero geeft duidelijke concrete aanwijzingen over hoe een goed politicus te zijn. En – niet onbelangrijk – hij had zelf ook praktijkervaring in de politiek. Bovendien is de vertaling zeer toegankelijk, en voorzien van voldoende uitleg. En passant krijgt de lezer nog een beknopte inleiding in de geschiedenis van het Romeinse rijk, die het begrip van de tekst bevordert. Van harte aanbevolen dus!

 

‘Wie een slecht voorstel tegenhoudt, is een volksheld.’

 

N.a.v. Cicero (vert. Maarten Klink), Wet en rechtvaardigheid. Uitgeverij Damon, Eindhoven 2023, 144 blz. €24,90
https://www.damon.nl/boeken/384-wet-en-rechtvaardigheid